VONdsel #20: van de wal in de sloot
Tijdens een training kijkt S. mij plotseling heel boos aan, staat op en loopt weg. Verbaasd blijf ik achter. Wat is er gebeurd? Gelukkig komt ze even later terug en blijkt ze bereid toe te lichten wat er gebeurd is. Ze vertelt me dat ze heel boos werd nadat ik haar gevraagd had of ik kon helpen bij een opdracht. Hier moet ik even over nadenken, hulp aangeboden krijgen is toch fijn?
Al pratend leer ik dat hulp aanbieden ook een andere kant kan hebben. Degene die het aanbod krijgt kan het gevoel krijgen dat je hem of haar onbekwaam vindt. Logisch dat er dan niet enthousiast op gereageerd wordt.
Sindsdien probeer ik alert te zijn en niet zomaar hulp aan te bieden. Daarbij houd ik de volgende zaken in mijn achterhoofd:
Is er een hulpvraag?
Als de andere partij zelf niet aangeeft dat hulp wenselijk is vraag je dan af of je hulp moet aanbieden. Zelfs als jij denkt te weten dat iets handiger kan is het vaak beter om de ander ruimte te geven. Met name bij pubers vraagt dit soms stevig op je tong bijten, maar het loont de moeite.
Soms is het handig om het aanbod anders te verwoorden. Zo merkte een docent die een ‘hulpuurtje’ instelde dat er geen leerlingen op af kwamen. Toen hij het uurtje omdoopte tot ‘samenwerkmoment’ was er veel meer animo.
Wat voor soort hulp wil de ontvanger hebben?
Zelfs als de ontvanger aangeeft wel hulp te kunnen gebruiken is het belangrijk te blijven afstemmen. Hulp kan namelijk op veel manieren geboden worden. Iemand die een onbekende taak wil uitvoeren heeft waarschijnlijk behoefte aan concrete aanwijzingen. Iemand die echt wel weet hoe het moet maar even geen zin heeft, heeft meer aan een luisterend oor.
Situationeel leiderschap als handvatEen helpend model om samen af te stemmen wat je kunt betekenen is het situationeel leiderschapsmodel van Ken Blanchard. Met behulp van dit model kun je bespreken waar iemand zich bevindt qua competentie en motivatie en wat voor steun welkom is. Hierdoor geef je de ontvanger weer eigenaarschap over het proces en voorkom je wrijving.
Door regelmatig samen te bekijken of het gewenste doel bereikt wordt, blijf je betrokken. Als de afstemming klopt schuif je in het model vanzelf door naar steeds meer onafhankelijkheid. Zie je samen dat resultaten uitblijven dan kun je afspreken om iets meer steun te geven.
Geduld is een schone zaak
Het toepassen van bovenstaande tips vraagt meer geduld dan iemand snel even een zetje geven. Toch blijkt in de praktijk dat juist door deze ruimte te bieden er meer vertrouwen onderling ontstaat en je uiteindelijk veel verder kunt komen.
Wie kun jij meer ruimte geven om te groeien?